Waardoor heb jij je belazerd gevoeld?
Sateh Belazer werd door de Nederlanders in Indonesië ook wel “Sateh voor de armen” genoemd omdat het van speklapjes in plaats van karbonade, geit of kip gemaakt is en niet aan stokjes geregen is. Met het delen van dit recept realiseer ik me dat dit voedingstechnisch (suiker, koolhydraten en vetten) het minst verantwoorde gerecht is uit de eerder gepubliceerde rijsttafelgerechten. Maar het is zo lekker. De voedingscoaches die ik geraadpleegd heb, hadden het beiden over de 80-20 regel; 80 % gezond en 20% om jezelf af en toe te trakteren. Dit gerecht schaar dan ook met veel plezier onder die laatste noemer.
Ingrediënten (4 personen)
500 gram | speklapjes |
2 theelepels | knoflookpoeder |
1,5 theelepel | sambal oelek |
naar smaak | peper |
0,5 eetlepel | maizena |
naar smaak | zout |
1 eetlepel | pindakaas |
scheut | keukenstroop |
scheut | ketjap manis |
1 cm | gember (vers) |
kokosolie |
Bereiding
Meng de in blokjes gesneden speklapjes en de geraspte gember met de knoflookpoeder, sambal oelek, peper, maizena en zout. Bak deze in kokosolie krokant en bruin. Haal dan de spekblokjes (zonder het vet) uit de pan. Voeg onder goed roeren aan het vet de pindakaas, keukenstroop en ketjap manis toe. Verwarm deze saus en kook die evt. een beetje in. Doe dan de spekblokjes weer terug en verwarm nog even.