 |
 |
 |
Op een dag als vandaag waarbij het waterkoud is, moet ik direct aan eigengemaakte erwtensoep denken. Helaas moest ik wel eerst de kou in om naar de markt te gaan om de ingrediënten te halen. Brrrr, het was geen pretje, maar uiteindelijk heb je wel wat.
Ik heb de erwtensoep in de slowcooker gemaakt, maar het kan ook in een gewone pan. Altijd handig om direct een voorraadje te maken. Het kan nl. heel goed ingevroren worden.
Ingrediënten (4 personen)
| 0,25 | knolselderij |
| 500 gram | spliterwten |
| 5 | wortels |
| 2 eetlepels | selderijblad gesneden |
| 1 | rookworst |
| 2 | schouderkarbonaden |
| 75 gram | spekblokjes |
| 0,5 theelepel | paprikapoeder |
| 1 | groentebouillon blokje |
| peper | |
| zout | |
| maggi | |
| 1 | prei |
Bereidingswijze
Doe de erwten in de pan. Zet deze ruim onder water. Voeg naar smaak groentebouillon toe. Schil de knolselderij en snijd deze samen met de wortel en de prei in kleine stukjes. Hak het selderijblad. Doe ook deze ingrediënten in de pan. Verklein de schouderkarbonaden (zonder bot) tot blokjes en kruid deze met paprikapoeder, peper en evt. zout. Voeg deze samen met de spekblokjes toe aan de soep. Breng de soep langzaam aan de kook en laat deze op zacht vuur of de laagste stand van de slowcooker pruttelen tot de spliterwten gaar zijn. Dat kan zomaar een paar uur duren. Maak je de soep in een pan op het fornuis, pas dan op dat de soep niet aanbrandt. Deze wordt nl. steeds dikker en daarmee wordt de kans op aanbranden groter. Snijd tot slot de rookworst in plakjes en voeg die voor opdienen aan de soep toe, zodat ook deze warm is. Lekker om op te dienen met roggebrood met katenspek of kaas met mosterd.
